Nog een nacht in Purmamarca
Wanneer we vanuit Humahuaca weer ter hoogte van Purmamarca komen, besluiten we de nacht terug daar door te brengen. Het is al vrij laat in de namiddag en we willen niet na donker nog in de onverlichte bergen rondrijden. Het hotel dat ik op het oog heb, ligt boven aan een steil straatje en net voor ik boven kom, weigert de auto dienst en bolt gewoon terug achteruit. Zowel van het gaspedaal als van de handrem trekt hij zich geen ene sikkepit aan. Beneden aan de helling gekomen herinner ik mij weer wat mijn wijze vader ooit zei over rijden in de bergen. Altijd een versnelling lager dan je normaal zou doen. Ik zet de auto in eerste en rijd gezwind in geen tijd de helling op. Boven gekomen moet ik zelfs nog in de remmen gaan, want het blijkt een doodlopende straat te zijn.
In het hotel krijgen we een kamer met uitzicht vanuit het bed op de tegenoverliggende bergen die baden in het zonlicht. Dat beperkt drastisch de activiteiten voor de rest van de avond tot het donker wordt 🙂 Het lamastoofpotje smaakt nadien nog zo goed. En aangezien ik niet meer moet rijden, kan ik voor het eerst in dagen onze vriend uit het buitenste buitenbos laten vergezellen van een goed glas wijn. Of twee.
Abra de Potrerillos
‘s Anderendaags neem ik al vroeg (naar mijn normen) de weg die vanuit Purmamarca westwaarts gaat, richting Chili. Via een weinig spectaculaire bergpas, de Abra de Potrerillos, maar toch genoeg voor een aantal tussenstops om foto’s te maken, komen we op ruim vierduizend meter hoogte, waar coca en cocacaramellen verkocht worden voor wie daar nog behoefte aan zou hebben. Aan de andere kant van de pas komt al even de witte zoutvlakte van de Salinas Grandes tussen de bergen piepen, zo’n achthonderd meter lager. Dat is dan meteen ook het enige hoogtepunt van de afdaling.
Salinas Grandes
De gids waarmee we per auto de vlakte op mogen, weet alles te vertellen over het onstaan van de vlakte en de zoutwinning, maar het gebruik van de zoomfunctie op het fotoapparaat heeft hij nog niet helemaal onder de knie.
Aan de toegang tot de zoutvlakte word ik door een sympathiek Antwerps koppel gevraagd om een foto van hen te nemen. Met een old school analoog fotoapparaat, een hele tijd geleden dat ik dat nog eens gedaan had. Een beetje onwennig geef ik na afloop het toestel terug. Normaal vraag ik altijd om eens te kijken of de foto naar wens is, maar dat is in dit geval nogal een domme vraag. Ik hoop dat de foto gelukt is, want dit toestel heb ík dan weer helemaal niet onder de knie.